El Lago de Yojao, het grootste meer uit Honduras, bevat lekker vis en sommigen beweren zelfs krokodillen en de echte gekken hebben hier het Loch Ness ook al gezien, m.a.w. een plekje die ik zeker nog van dichtbij moest zien voor ik weer naar Belgie vertrek.
Op een overdreven vroege zondagochtend vertrok ik met de bus eerst richting Tegucigualpa.
In Tegus stond Sofie haar taxi Don Hector op mij te wachten en bracht mij naar het busstation om naar Comayagua te gaan. Sofie ging niet mee, want dat kwam niet zo goed uit, want ze ging met haar zus naar Tela.
In Comoyagua ging ik op zoek naar Machtelijn en Emelie en samen namen we de bus richting San Pedro Sula. Lore ging ook niet mee, want ze ging naar Guatemala.
Onderweg riep de busman, 'La Guama, La Guama, La Guamaaaaa!!' Dat was ons teken dat we eraf moesten.
Vervolgens namen we een busje dat ons naar Peña Blanca nam en ons aan het hotelltje afzette.
Het was een Amerikaans hotelletje 'D&D Brewery' een brouwerij dus ook. De uitbater was den Bobby, de hondurezen konden dit niet en zeiden Boobie... Hoe dan ook, Lotte was al aangekomen en het was al laat op de middag. We namen een douchke en gingen avondeten.
Het was lekker eten. Ondertussen bespraken we wat we gingen doen de volgende 3 dagen. Er waren vele opties, er werd geschrapt en gepast en toen waren we eruit. Het was die avond ook 2 tequillas voor 1. Waarom ook niet... Na een paar schoot het bij ons Emelie en Machtelijn al in de bol. Onze spelletjes Rummikub duurden steeds langer, want de tel bijhouden was niet zo makkelijk meer. Het duurde dus ook even voordat ons Em en Machti hun bed vonden en konden zwijgen. Het was allemaal heel erg grappig!
Maandagochtend werden we rustig wakker, gelukkig niemand met een kater. Het plan van de dag, naar de Pulhapanzak watervallen. We wandelden langs de rivier af en trokken mooie foto's. Vervolgens gingen we weer eens iets uitzonderlijks en waarschijnlijk iets wat in Belgie verboden zou zijn, doen.
Met een gids gingen we onder de waterval, het was een en al steen en rots en al. Het eerste stukje was rustig, kleine druppeltjes, af en toe een sprongetje in het water een stukje zwemmen en dan weer verdere klimmen. Hoe dichter we kwamen hoe natter we werden. Toen we eronder onder zaten moeten we onze handjes vasthouden en naar beneden kijken. Het was spannend, maar wel heel leuk. Achter de waterval was er ook een grotje met een klein gangetje. Gelukkig waren we niet heel dik geworden en pasten we er allemaal in. De gids had ook ons fototoestel in een waterdicht zakje gestoken dus we hebben spectaculaire foto's. Om alles te beeindigen maakten we nog een sprong van een rots die zeker 10m hoog was. Een plons van jewelste.
Van al dat zwemmen, klimmen en springen hadden we honger gekregen, dus aten we wat en gingen rustig te voet terug naar het hotel.
Het avondeten was weer iets lekkers en de volgende dag werd gepland.
Het nationaal en archeologisch park stond op het programma. We vertrokken best wel vroeg, want we hadden een wandeling voor de boeg. Halverwege het park is er een houten brug die over een moeras loopt en een prachtig uitkijkpunt heeft over het meer. We hebben hier zo lang gelegen en gelachen, het leven kan soms mooi zijn.
Bij de aankomst gingen we een kijkje nemen in het museum en aten we een hapje in de cafetaria die helemaal ontworpen was naar de cultuur van vroeger toe.
Daarna wandelden we verder en een of andere bus was zo vriendelijk ons gratis mee te nemen naar het centrum van Peña Blanca waar we wat winkeltjes bezochten.
Uiteindelijk namen we een motortaxi, zo op 3 wieltjes terug naar het hotel.
Na een douche gingen we avondeten. We besloten ook dat aangezien we in een brouwerij zaten ook eens het plaatselijke bier moesten proeven. Niet zo een goed plan, zoals gewoonlijk was bier niet het meest appeteitelijke. We hebben het dus heel stiekem weggegooid, het lijkt dus alsof we het toch nog apprecieerden.
Dinsdagochtend moesten we met de kippen op. Om 6u in de ochtend gingen we een boottoertje doen op het meer. Ik was de wekker en had het liedje van Samson en Gert 'heeeee wordt eens wakker!' opgezet, met gevolg dat we de hele tijd nog Samson en Gert hits zongen. Leonardo was onze roeier. Het was heel rustig maar vooral heel erg mooi. We zagen vogels in aller kleuren en vormen, zelfs de toecan!!
Tegen een uur of 11 waren we terug in het hotel en vlogen we naar het ontbijt want we hadden reuzehonger. Daarna vielen we in slaap.
Tegen een uur of 3 gingen we er weer op uit, tubing. We gingen met den Josh en nog 2 van Engeland. Het was niet zo moeilijk. Je had een band, daar zat je in, de rivier had stroming en genieten. Hoewel het niet altijd even makkeijk en rustig was. Het was puur natuur. Veel bochten, veel botsen, ondiep water met gevolg tot stenen tegen de poep. Ik zat zelfs een keertje vast onder een struik en ik dreef verder, maar mijn band zat nog vast onder de struik. Gelukkig kon ik op Lotte haar slechte coordinatie rekenen en vloog ze ook onder de struik en botste mijn band eronder uit. Na heel wat geroetsj kwamen we aan in het meer. Het water daar was er ineens een stuk warmer. We dobberden wat rond en genoten van de natuur. De echte durvers, zoals Machtelijn kroop de rots op, maar puur rots, want anders viel je terug in het water en sprong van de top in het water, het was nog hoger dan bij de watervallen. Lotte was er zeker van dat ze het wou proberen en moest kunnen. Na heel wat doorzettingsvermogen en wiskundig inzicht raakte ook Lotte boven. En plons ook weer beneden...
Het mindere leuke was dat we ook weer helemaal te voet terug moesten...
We dronken nog op onze laatse avond en onze laatste dagen in Honduras.
De volgende ochtend vertrok ik met Machtelijn met een busje uit Peña Blanca terug naar La Guama. Lotte en Emelie gingen met den Bobby naar San Pedro Sula om daar een bus te nemen.
In La Guama wachten Machtelijn en ik op eender welke bus die ons mee naar het zuiden nam. De bus naar Comayagua passeerde.
In Comayagua nam ik de bus weer naar Tegus en belde Don Hector een uurtje op voorhand om te vragen om mij te komen halen.
In Tegus heb ik nog bijna een uur op Don Hector staan wachten. Toen hij er eindelijk was, viel zijn taxi ook nog eens onderweg in pan. We hebben dus nog een goei 45min stilgestaan. Ik was zelfs in slaap gevallen in de taxi.
Ik had gelukkig nog een bus naar Danli.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten